onze kennel frá Isafold

Onze eerste IJslandse hond, Velja, kregen we in 1995. Haar eerste nest in 1997 werd nog gefokt op naam van Ans Beer (frá Thytur Stadir), maar bij haar tweede nest (1999) hadden we onze eigen kennelnaam.
Frá Isafold betekent letterlijk "van IJsland", en is de poëtische naam van IJsland. Deze naam hebben we overgenomen van de fokker van ons eerste IJslandse paard.

Intussen hebben we 15 nesten gefokt met in totaal 99 puppies.
We hebben thuis 6 IJslandse honden. Fraisa is de oudste (van 1999), en Draumur de jongste. Het is een harmonische roedel, waarvan Sumo de leider is. Behalve met Fraisa kunnen we met de overige 5 honden nog nesten fokken. Ze hebben allen "A-heupen" en bij het oogonderzoek zijn nooit erfelijke afwijkingen gevonden.

Fraisa Sumo Isa Regla Leira Draumur
Fraisa Sumo Isa Regla Leira Draumur
hoe het begonnen is ......
Velja met een kitten
Het was eind jaren tachtig. We waren op de hengsten-keuring op zoek naar een hengst voor een van onze IJslandse paarden, toen we voor het eerst daar een IJslandse hond zagen. Zo'n hond wilden we ook hebben, maar het duurde toch nog enige jaren. Totdat Annet in de trein zat tegenover Ans Beer. Zij is de stammoeder van de IJslandse hond in Nederland.

Velja (links) werd onze eerste IJslander.
We kregen haar in 1995.
Leira en Naskur
onze andere dieren
Black Welsh Mountain


Als je paarden hebt, en je weiland effectief wil gebruiken, moet je er schapen bij nemen. We begonnen met Suffolks, die hadden we in Engeland gezien. Al snel kochten we ook Gotland Pelsschapen erbij. Met beide rassen hebben we lange tijd gefokt.

Black Welsh Mountain schapen (links en rechts) zijn ideale dieren. In 1998 zijn we er mee begonnen. Ze zijn kerngezond, lammeren probleemloos af, zijn sober, hebben sterke hoeven en zijn vrijwel myasis-resistent. Het zijn echte grasmaaiers.

Uiteindelijk werden Walliser Schwarznases (uit Wallis in Zwitserland) onze favoriete schapen (links en rechts). Hiermee fokken we nog steeds.
Het zijn grote dieren, erg vriendelijk en mens-gericht.
Hebben wel meer zorg nodig dan de Black Welsh, en eten liever hooi dan gras.
Zoals te zien is hebben ze zwarte voetjes, voorknieën en enkels, en een zwarte kop. De ooien hebben bovendien een zwarte ring aan de onderzijde van de staartaanzet, terwijl de rammen deze ring nu juist niet mogen hebben.
Opvallend zijn de fraaie, gekrulde hoorns.

Met het houden van IJslandse paarden zijn we gestopt. Op de kleigrond werd het 's winters in de wei nogal een modderboel (op stal zetten in de winter is doorgaans te warm voor ze).
Wel hebben we sinds een paar jaar ezels. Belle, die van een kinderboerderij afkomstig is, en Rosy een miniezel. Overdag staan ze in de weide, en 's nachts op stal.
Ezels zijn gezellige, intelligente dieren. In tegenstelling tot paarden zijn het geen "vluchtdieren". Bij schrikken of bij iets wat hen niet zint blijven ze juist stokstijf staan.

Sinds kort hebben we kippen. Twee hybride kippen die elke dag een ei leggen, en een West-Hampshire haan met twee hennen.

Met de angorageiten hebben we jarenlang gefokt, maar zijn daar mee gestopt. We hebben er nog twee.
Zo sociaal als schapen leven, zo asociaal kunnen geiten zijn. Als het regent gaat de leider van de kudde voor in de weidestal staan, zodat de anderen er niet in kunnen. Op te lossen door het stalletje twee ingangen te geven.
Angorageiten, die mohairwol leveren, moeten twee maal per jaar geschoren worden.

Binnen in huis hebben we naast de honden ook enige balinese katten. Dit zijn siamesen met een halflange vacht. Voordeel van de katten is dat onze puppies meteen opgroeien met katten.

Black Welsh ooi met lam
Walliser ooi met lam Walliser Schwarznases
De ezels Belle en Rosy West Hampshire kippen
Angorageit Angorageitelam
De kater Yoeri Balinese kittens